Technische snufjes: de kunstbaarmoeder

Met enige regelmaat hoop ik jullie te kunnen informeren over nieuwe medische en technische vooruitgangen op het gebied van zorg en ondersteuning voor premature kindjes. Dit keer een stukje over de kunstbaarmoeder.

 

Tijdens de Dutch Design Week (DDW) in Eindhoven in 2018 presenteerden artsen van het Máxima Medisch Centrum Eindhoven een eerste symbolisch ontwerp voor een kunstbaarmoeder. In de toekomst zouden te vroeg geboren baby’s (extreem prematuren) hierin worden geplaats in plaats van in een couveuse. Door de baby’s langer in een (kunst)baarmoeder omgeving te laten verblijven, hopen de artsen overlevingskansen van prematuren te vergroten. Hier kunnen de organen van de baby zich beter ontwikkelen omdat de baby minder energie hoeft te spenderen aan het overleven buiten de baarmoeder met een “onderontwikkeld” lijfje.

Op de DDW werd een eerste symbolisch ontwerp getoond. En eerlijk gezegd schrok ik wel van het ontwerp. Het waren een soort enorme, rode kerstballen. Gelukkig was het doel van de ontwerpers om het publiek te prikkelen en te horen wat er wel en niet positief aan was. Natuurlijk is je premature of zieke kindje in de couveuse zien als het aan allerlei draadjes, snoertjes en apparaten zit niet altijd prettig om te zien. Maar om je kindje nu in een rode bal te zien drijven in een vloeistof lijkt me ook niet prettig. Er is dan ook geen mogelijkheid tot buidelen of om je kindje te verzorgen. Of het is gewoon een kwestie van wennen. We zijn ook gewend geraakt aan baby’s in couveuses en een ivf-behandelingen, dus waarom niet aan een kunstbaarmoeder? De tijd zal het leren. En gelukkig was dit nog geen definitief ontwerp van de kunstbaarmoeder.

Eén van de initiatiefnemers van het onderzoek naar de kunstbaarmoeder, dr. Guid Oei, zegt in een gesprek met het Algemeen Dagblad dat een eerste, werkende prototype van de kunstbaarmoeder al binnen vijf jaar gereed zou kunnen zijn. Er hangen echter grote ethische kwesties aan vast; lijfelijk contact tussen ouders en kind is niet mogelijk en hoe wordt de kunstbaarmoeder bij menselijke baby’s getest? Eerlijk gezegd ben ik blij dat ik daar niet over na hoef te denken. En dat er zeer veel zeer kundige mensen op de verschillende neonatologie afdelingen zijn die hier veel meer verstand van hebben en die zeer zeker weten met en zonder kunstbaarmoeder hun uiterste best doen om voor de premature baby’s te zorgen.

Wat denken jullie? Zou de kunstbaarmoeder een goed idee zijn?

 

Groetjes,

Linda

 

P.S. Dit stuk heb ik even na de DDW in december 2018 geschreven. Op 29 maart 2019 was er een symposium op de Technische Universiteit Eindhoven (TU/e) over o.a. de kunstbaarmoeder. Meer informatie hierover en een samenvatting van de interessante discussie kan je vinden op de website van de Cursor (het online magazine van de TU/e): https://www.cursor.tue.nl/nieuws/2019/april/week-1/kunstmatige-baarmoeder-droom-of-nachtmerrie/.

0 antwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.